Als er iets is wat de Nederlandse identiteit bepaalt, is het onze taal. Maar wat betekent het voor het Nederlands als steeds meer jongeren straattaal gebruiken, als we steeds meer Engels gebruiken en als Nederlands steeds meertaliger wordt? Om dat te onderzoeken gaat antropoloog en taalwetensc... Meer
Als er iets is wat de Nederlandse identiteit bepaalt, is het onze taal. Maar wat betekent het voor het Nederlands als steeds meer jongeren straattaal gebruiken, als we steeds meer Engels gebruiken en als Nederlands steeds meertaliger wordt? Om dat te onderzoeken gaat antropoloog en taalwetenschapper Khalid Mourigh het veld in, of liever: de straat op en de scholen langs. Hij beschrijft de omkeertaal die in de Surinaams-Nederlandse gemeenschap is ontstaan, hij bestudeert het accent van Goudse jongeren met een Marokkaanse achtergrond die ‘zzzeg mar zzzo praten’. Mourigh associ eert vrijuit, hij gaat van jeugdherinneringen aan Arabische les van een boze imam naar de opkomst van de studentikoze afko’s en verbaast zich als hij de Gooise r van een vroeger vriendinnetje ineens terug hoort bij een Marokkaans-Nederlandse jongen in een taekwan doschool. Onze taal laat zien wie we zijn, we gebruiken die om ons van anderen te onderschei den. En juist het Nederlands wordt al eeuwenlang gekenmerkt door vele buitenlandse invloeden; niets nieuws. Koningin Máxima stelde jaren geleden al dat ‘de Nederlander niet bestaat’, en daar voegt Mourigh vrolijk aan toe: ‘en het Nederlands ook niet!’